Geen vuiltje aan de uitgebrande witte lucht, als ik vanmorgen arriveer bij mijn geheugenpaleis aan de Rijhnvis Feithlaan. Het ligt er vredig en ontspannen bij. Wat slechts schijn is, want er moet een prestatie geleverd worden. Het is tijd voor de zogenaamd groen-licht procedure: mag ik door / mag ik niet door naar het afstuderen (doorstrepen wat niet van toepassing is).
Ik ga op zoek naar mijn ruimte...
...ik wandel door de gangen en vind het vertrek waar het moet gebeuren. '
Grutjes', denk ik-dat dacht ik niet, maar laten we aannemen dat ik dat dacht-
'er wonen krakers in mijn geheugenpaleis'.
De ruimte is verontrustend. Het is typisch een geheugenruimte waar zich abstracten en anomalieën bevinden die niet door de zintuigen zijn binnengekomen. Denk geuren, angsten, narigheid, schimmen en schipbreukelingen die meestal verstopt blijven in de structuur van het geheugenpaleis of opgeborgen worden in hermetisch afgesloten ruimtes. Hier had iemand blijkbaar de sleutel in het slot laten zitten.
Voorzichtig richt ik de ruimte in en de toestand wordt allengs vriendelijker.
Eén werk moet hangt zoals het officieel moeten hangen (links) en de rest hangt wat rond. Alles is er, is het genoeg?
Ik presenteer, krijg een paar vragen, wacht op samen met een paar studiegenoten op de gang, mag weer naar binnen, krijg een lijstje met kritiek / tips / vragen / overdenkingen (die uitgevoerd moeten worden door mij, achteraf) / en wordt afgevinkt:
EXEL, GROEN-LICHT
check V
Ik ruim mijn spullen op en besluit deze ruimte voorlopig open te laten. Ik neem een slok en denk: